zaterdag 5 december 2009

Hophophop Kameeltje in Galop

Zondag is door God geschapen om te rusten. Elke zondag als ik ontwaak word ik merkwaardig genoeg vergezeld met een soort vredevol gevoel. Dat gevoel dat niets moet, alles mag, de week en alle bijkomende verplichtingen lijken veraf. Een dag die je hoort te spenderen in de tuin met een boek of binnenhuis gewikkeld in dat zachte deken dat je vergezelt in die hartverwarmende film terwijl het buiten aan het pijpestelen regenen is. Vorige week zondag kon het echter niet op. Ik bevond me 12 uur van Jaipur vandaan in de Thar woestijn dicht tegen de grens met Pakistan. Ik had al eerder op een kameel gezeten (zoals jullie allen hebben gezien), maar deze keer stond er een échte kamelentocht op me te wachten. Zaterdagnamiddag toen de zon al aan het ondergaan was trok ik samen met m'n reisgenoten richting een Godverlaten plek in het midden van de woestijn dat zou dienen als slaapplaats van die nacht. We werden vergezeld door enkele kamelenjongens die nu & dan een goede mep gaven op het achterste van de kameel, waardoor die galopwaarts vooruit ging, maar dat tempo staakte na nog geen 5 minuten onder het kamelenmoto 'op het gemak'. Laten afjagen doen ze niet, ik kon me wel in hen vinden. Aangekomen moesten we van dat hoge dier geraken, dat betekent omgekeerd mee gaan met de bewegingen van de kameel als je er niet wil afvliegen. Je buigt je rug helemaal naar achter en vervolgens ga je met buik helemaal naar voren en hup je staat terug met beide benen op de grond! Terwijl we ons installeerde en genoten van de zon die achter de duinen verdween en een warme, rood-gele gloed spoelde overheen de woestijn, zorgden onze lieve kamelenjongens voor een warme kop Indische thee en maakte ze zich klaar voor het avondeten. Het vuur werd aangestoken, droge takken werden bij elkaar gesprokkeld, groenten werden gewassen en de ciabatti werd gerold. De zon maakte ondertussen plaats voor de maan en zijn bijhorende miljoenen sterren. Hoe ver je ook keek geen enkel teken van leven viel te bespeuren. Na het avondeten en voor ik onder de warme dekens kroop, ging ik nog even "wild" plassen. Met een koplamp op m'n hoofd zocht ik een plekje ver verwijderd van m'n zichtbaarheid. Net gehurkt en met de broek omlaag voelde ik plots dat ik niet alleen was, ik botste met m'n koplamp, enkele 10 tallen meters verder op 2 gele ogen die me aanstaarde in de complete duisternis (ik denk dat het een vosje was). Wat voelde dat machtig dat wildplasje. Ik keerde terug en viel in slaap met de kamelen naast m'n hoofd en met die vele sterren boven me heen. De volgende ochtend ontwaakte ik door het belletje van een schaapje dat naast me heen kwam gehuppeld op zoek naar z'n verloren herder. Ik kon me m'n zondag niet vredevoller voorstellen. Wat was het een ervaring om zo ver weg van de beschaafde wereld, enkel omringd door de natuurlijk voortbrengselen der aarde te ontwaken.
Dezelfde avond namen we alweer de trein terug richting Jaipur. We keken allemaal uit naar het reizen met een trein, omdat niemand onder ons dit eerder had gedaan in India en omdat het misschien wel een beter alternatief was dan die hobbel-bobbelende-claxonerende bus. Ken je claustrofobie? Zoniet dan moet je de Indische (slaap)trein dus maar eens proberen. We stapten in en werden verwelkomd door harde, zeegroene banken van 50 centimeter lang, met dezelfde lengte daarboven en daarnaast 2 andere slaapbanken. Op zwaarlijvige mensen of brede borstkassen is hier niet gerekend. De kleine raampjes die je een beetje gevoel van ruimte boden, gaven je de indruk achter tralies te zitten. Als die ramen dan af en toe werden geopend konden we elkaar nog nauwelijks zien door het vele stof (van de omringende woestijen) dat kwam binnengewaaid. Midden in de nacht werd ik wakker van de koude die door m'n laken en jas was heengegaan. Een 'beetje' verkleumd en bruiner dan voorheen verlieten we die ochtend de trein op weg naar een warme douche en voor een beetje slaap onder verse lakens en een zachte bodem. Reizen in Indië is dus absoluut een avontuur, het is niet alleen dat bereiken van je bestemming, maar het op weg zijn en overkomen van al die 'ongemakken' die het samen, voor mij, onvergetelijk maken.

Ondertussen is er niet veel veranderd aan de Indische werkethiek. Nu & dan werkt het nog de nodige irritaties bij me op. Ik wil iets 'produceren', voelen op het einde van de dag dat ik iets nuttigs heb gedaan… maar dat is dus nog steeds te veel gevraagd en dat geldt hier voor alle internationale studenten in welke sector je ook bent tewerkgesteld. Je staat machteloos om daar iets aan te veranderen en dat levert op zijn beurt voor nog meer frustraties. Het is zoals Chris onlangs verwoorde aangaande zijn stage… ik leer hier niet hoe het wel moet, ik leer hoe het niét moet. Op zoek naar iets of wat meer voldoening aan m'n werkdagen hier ben ik van start gegaan met een empirisch onderzoek voor m'n thesis. Het werd ook tijd dat ik hier werk van zou maken, want binnen minder dan 2 maanden sta ik weer terug op Belgische gronden! Het zou ook een beetje stom van me zijn, nu ik de kans heb om onderzoek op het veld zelf te doen, hier geen gebruik van te maken en om dan in België helemaal van 0 met een literatuur onderzoek te moeten starten (en daar heb ik eerder al m'n peren mee gezien zoals de meesten onder jullie wel weten). Ik was vertrokken met het idee om me te verdiepen in de 'Livelihood Sustainability Theory' van slum dwellers in een bepaalde slum. Deze theorie vertelt dat mensen met een bescheiden geldelijk inkomen meer dan andere beroep doen op andere bronnen van kapitaal om in hun levensonderhoud te voorzien. Naast economisch kapitaal heb je zo ook sociaal (bv. sociale relaties), natuurlijk (bv. een koe die je melk geeft) en menselijke kapitaal (bv. het ontwikkelen van specifieke vaardigheden). In het doornemen van deze theorie werd m'n interesse echter niet opgewekt, ik vond het een droge theorie, die mezelf weinig zou bijbrengen. Ik vroeg me af wat ik mézelf eigenlijk afvraag wanneer ik de inwoners van de sloppenwijken ontmoet. Ik weet hoe ik en jij tegenover deze mensen staan, we kunnen ons duidelijk 'classificeren', ons een toch bepaalde hiërarchische driehoek vormen en onszelf en hen er in plaatsen... maar hoe percipiëren zij hun eigen vorm van bestaan? Voelen ze zich werkelijk buiten de beschaafde wereld staan of zien ze zichzelf hier een deel van uitmaken? Zo botste ik op de 'Culture of Poverty Theorie'. Een zeker Oscar Lewis kwam tot de vaststelling dat de bewoners van sloppenwijken vaak een eigen cultuur ontwikkelen die zich afscheidt van de 'gangbare' cultuur als middel om met hun levensomstandigheden om te gaan. Dit voorkomt hen echter om uit deze staat van deprivatie te geraken en creëert een vicieuze cirkel van armoede als deze cultuur van generatie op generatie wordt doorgegeven.
Ik selecteerde een sloppenwijk waar JKSMS projecten heeft lopen en maakte een afspraak met de sociale werkster ter plaatse. Ik legde haar uit dat ik eerst enkel wilde observeren en kennis maken met de bewoners vooraleer ik 'echt' met het onderzoek van start zou gaan. Ik ontmoette haar om 9 uur bij het houten hutje dat als schooltje dient in deze slum en kreeg al meteen de nodige aandacht van passenten op de weg (de meeste slums in Jaipur zijn niet gelegen in de buitenwijken van de stad, maar gewoon in de stad zelf op een plek langs de weg waar er plaats is om te 'bouwen'). De sloppenkinderen vonden het ook een hele gebeurtenis en waren nieuwsgierig naar wie ik was. Het is weer niet nadenken en al die kleine, vuile handjes aannemen als ze je worden aangereikt, om vervolgens een thee te drinken en Indische chips te eten zonder de kans te hebben om je handen te wassen. De kinderen vroegen of ik getrouwd was en m'n "nee" als antwoord werd niet zomaar aanvaard, meer zelfs niet begrepen. De gemiddelde leeftijd van deze sloppenkinderen is 15 wanneer de motor van het huwelijksbootje wordt gestart... ik, een 22 jarig meisje dat ongehuwd is, wordt dus als een rariteit aanzien. Over huwelijken gesproken, momenteel zitten we ook in de tijd van het jaar waar de Indiërs het gunstig achten om de eeuwige verbintenis aan te gaan. Elke dag zie je hier men dus de nodige voorbereidingen treffen aangaande huwelijken die die avond zullen plaatsvinden en elke avond spelen er zich verschillende huwelijken af naast je deur. De eerste avond van deze 'huwelijksperiode' kon ik niet bijhouden hoe veel huwelijken er werden gehouden toen ik met een autoriskja door de stad reed. Olifanten en alweer de nodige licht- en geluidsspelen ontbreken hier niet bij. De grootte van het feest bepaalt daarnaast ook de prestige en status van de familie. Hoe groter en spectaculairder het feest, hoe meer aanzien de familie heeft of zal verkrijgen. Het Indische concept huwelijk als arranged marriage samen met die vastgelegde periode dat je moet trouwen, ontnemen voor mij elk idee van romantiek dat hieraan zou verbonden moeten zijn. Aan de andere kant van scheidingen is hier nauwelijks sprake (ik ben nog niet 1 iemand tegengekomen of heb nog niet over 1 voorval horen vertellen). Als men vraagt naar m'n familiale situatie, wordt er weer raar opgekeken als ik hen vertel dat m'n ouders gescheiden zijn en dat ze beiden een nieuwe partner hebben. Daar staan ze dan echt van versteld van zowaar dat ik me bijna een beetje schaam dat m'n ouders niet meer bij elkaar zijn. Wat is het beste concept van huwelijk dan vraag je je af? Want ondanks de kunstmatigheid en het gebrek aan spontaniteit dat verbonden is aan Indische huwelijken, merk ik wel het nodige respect en liefde naar de partner en bijhorende familieleden toe. Ik denk niet dat er één waarheid bestaat, maar geef mij toch maar een huwelijk uit pure liefde. Om terug te komen op m'n kennismaking met de slumkindertjes, vonden deze laatste ook dat dit ongehuwd meisje trekken weg heeft van een jongen, omdat ik een jeans draag, en lachten ze met m'n dot die óp m'n kop staat, omdat zij zelf (en alle Indische vrouwen) haar steeds in een middenstreep en laag op het hoofd dragen (m'n dot stond die dag nog eens niet zo hoog). Zo voelden niet zij, maar ik me ongemakkelijk, wat ik toch wel een grappige en gekke situatie vind bekeken in zijn context. De ouders van de kinderen klampten me niet aan, maar enkele vroegen wel of ik ze niet kon helpen. Hen geld kon geven of hen uit deze erbarmelijke omstandigheden kon halen. Ik ontmoette een meisje van 25 dat net bevallen was van een kleine jongen. De jongen was niet zomaar klein, maar leek slechts 6 tot 7 maanden oud en leek dus veel te vroeg geboren. Blijkbaar was dat niet het geval en was de baby na de gezonde 9 maanden bevallen! Je staat dan even perplex, omdat je beseft dat dit het gevolg is van de lage voedingswaarde die de moeder (n)ooit heeft opgenomen. Maar wat was het mooi om te zien hoe dit jonge meisje met een-en-al voorzichtigheid over haar kindje waakte en straalde van trotsheid.
Zo bracht ik 3 dagen een 'huis-aan-huis' bezoek en maakte ik kennis met de meeste sloppenbewoners. Hoe meer tijd ik er spendeerde, hoe meer ik zag en opmerkte dat ze echt wel een klein huishouden hebben in deze met zeilen overdekte takken die als onderkomen dienen. Het is ook frappant om te zien dat ook in deze 'wijk' sommige huishoudens netjes en proper zijn en andere dan weer iets minder ordentelijk. Toen ik op het einde van de week constateerde dat ze geen enkele keer mij een gevoel van medelijden hebben doen opwekken, besefte ik dat ik dit voorheen nooit zou hebben verwacht. Ze weten een weg te vinden met hun leven, net als wij dat allemaal doen. Ze staan er, ook met hun problemen, maar ze staan er. Laten zich niet om ver blazen of uiten geen gevoelens van minderwaardigheid als ik daar (of meer algemeen 'die witte rijke persoon van de beschaafde wereld') een kijkje kom nemen. Ik herinner me wel het gevoel van medelijden toen ik bij m'n bezoek aan de Taj Mahal Indische rijke vrouwen ontmoette die onder de witte crème waren gepoederd om op die manier de rijke blanke te evenaren (er zijn hier trouwens vele reclames die producten aanprijzen die de bruine huid doen afbleken!). Niet zij, maar die vuile, arme slum dwellers dwingen meer respect af, omdat zij hun identiteit door niets of voor niemand achterhouden.

Het blijft leuk om hier thuis te komen, om volledig met je huisgenoten te kunnen uitblazen na een dag India. We hebben hier allemaal onze dagen dat het even hoog zit met de Indische cultuur. Zo zat het weer eventjes hoog toen ik, Kasia en Bruna eergisteravond naar het centrale treinstation gingen voor het boeken van treintickets naar Varanasi (de stad die bekend staat als de Heiligste stad van India gelegen aan de Westoever van de Ganges). Mooi en netjes stonden we 10 minuten voor sluitingstijd in de rij, maar als het dan uiteindelijk onze beurt was, schoof men 'discreet' het bordje met closed voor onze neus. Argh!! Dit kon niet waar zijn, nooit zijn ze strikt wat afspraken, uren betreft en nu plots wel. De computer stond nog op, de man kon deze tickets zo regelen, maar nee het was al een volle 5 minuten over 10. Koken doe je dan. Daar begon ik weer met m'n woede-relaas; you are inhuman, treat the people like you wanted to be treated! Haha. Tevergeefs het hielp niet, hij riep er de bewakingsman bij. Toen we buitenstonden ontdekten we bij toeval een ander boekingskantoor waar we onze ticketen konden boeken, ha! Deze loketten stonden overvol, dus het was eventjes wachten, maar we zouden onze ticketen deze avond nog in de handen krijgen, dus heel de trip zou het het waard maken. Als het dan eindelijk onze beurt is, vertelt deze conducteur ons dat we aan het foute loket stonden. We gaven ons gewonnen en besloten terug naar huis te keren, aangezien het al vrij laat was en dit niet de veiligste buurt is om je dan te begeven. M'n woede en irritatie werden echter algauw getemperd als ik moest opletten m'n voeten te zetten om niet op al die mensen te stappen die stinkend en dicht tegen elkaar lagen in dit station (hét centrale station van Jaipur) in de afwezigheid van een ander onderkomen. Ik werd met m'n beide voeten naar de grond getrokken en besefte nogmaals dat ik weinig reden tot klagen heb. Dat ik verwend moet zijn om van deze situatie een probleem te maken. Telkens als we thuiskomen, kunnen we er samen lachen om al die toestanden. We beginnen ondertussen elkaar allemaal beter te kennen en ons band wordt daar alleen maar hechter op. Ik prijs me nog steeds gelukkig dat ik in dit huis, bij deze mensen ben terechtgekomen. Het is niet alleen het land of die ongelofelijke cultuur die deze reis maken, maar ook de mensen die je daarbij vergezellen...

Ik wens jullie allen nog een fijne dag, hier wordt het alvast op het gemak! Vanavond gaat Sweety (een van de huisvrouwen, de andere wordt Lovely genoemd) me leren hoe ik m'n Indische lievelingsgerecht - butter paneer masala met naan (een soort van zachte kaas in lekkere afsmakende groentenachtige saus met een een soort van zouten pannenkoek - en dit klinkt nog eens niet zo lekker als het werkelijk is) - maak, dus dat wordt weer smullen!

Tot gauw,

X

PS Ons ticket naar Goa is trouwens geboekt. Op 31 januari om 10.40 in de ochtend nemen we (ik, Bruna en Chris) het vliegtuig naar Zuid-Indië zo'n 1700 km van Jaipur vandaan om daar 's avonds de intrede van het nieuwe jaar te vieren. Alle herbergen en hotels zijn trouwens al volgeboekt, dus het wordt waarschijnlijk onze roes uitslapen op het strand. En binnen 2 dagen staat m'n papa hier, het 5-sterren hotel is al geboekt (dat hier naar 'onze' normen is, maar je voor (ons) geen geld kan krijgen), maar ook de plannen om hem de sterreloze plaatsen te laten zien zijn al gemaakt.



 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten