zondag 27 september 2009

Het is altijd anders dan je verwacht...

Aangekomen in India. Wat een eerste indrukken. Overweldigend. Er word gezegd dat een cultuurshock optreedt na enkele weken inburgering in het vreemde land. Ik hoefde maar één stap uit de luchthaven van Dehli te zetten om iets te ervaren van wat men een shock noemt. Ookal onderneem je de nodige praktische als mentale voorbereidingen voor je vertrekt, je bent nooit helemaal voorbereid.

M'n vlucht van Brussel naar Dehli is goed verlopen. Op 7,5 uur landde het vliegtuig op Indische gronden. Ik zat aan de nooduitgang van het vliegtuig en naast me zat een beschaafde Indiër die voor zijn werk zowat in heel de wereld zit. Hij vertelde me over Indië, over de do's & dont's, dat je avontuurlijk ingesteld moet zijn en dat je niet iedereen kan vertrouwen. Hij was zo vriendelijk om bij me te blijven tot ik m'n geld tegen een goede wisselkoers had omgewisseld, een Indische sim-kaart had aangekocht en bij de juiste taxichauffeur terechtkwam. De taxichauffeur was een jonge, tengere knaap die met moeite m'n zware valies in z'n koffer kreeg. Ik installeerde me en kwam 5 minuten later tot de ontdekking dat de auto zowel de achteruitkijkspiegel als de zijspiegels miste. Misschien is het verkeer zo goed geregeld dat die spiegels onnodig zijn? Niet dus. Alle mogelijke vervoermiddelen - auto's, brommers, riksja's, kamelen - rijden kriskras door elkaar. Rijstroken en verkeersregels zijn onbestaande. Voorbijsteken gebeurt door eens goed op de 'toeter' van het vervoersmiddel te drukken, het sein van 'ik kom eraan, uit de weg!'. Een continüm van 'getuut' is de resultante. Waar je ook kijkt, armoede is overal om je heen en daarbij moet je weten dat Dehli kleiner is dan België, maar zo'n 8 miljoen inwoners méér telt. Ik wist niet waar te kijken, wat te denken, wat te voelen... Het is letterlijk adembenemend in de negatieve zin. Na meerdere malen verkeerd gereden te hebben, kwamen we op plaats van bestemming aan. Ik bracht de nacht door in een Aiesec-trainee huis. Het huis was volgepropt met studenten, vuil en in de afwezigheid van water op het ogenblik dat ik aankwam. De dag ervoor was er noch elektriciteit noch gas. Het was al laat en de volgende dag moest ik er om 7 uur uit dus ik kroop meteen onder de wol.

Enkele uren later die volgende ochtend ontmoette ik de executive director van Joining Hands en Bhavana Singh, een jong meisje die me zou begeleiden naar Jaipur. De busreis naar Jaipur duurde 5 uur. Terplaatse werd ik en Bhavana opgepikt en vervoerd naar Jan Kala Sahitya Manch Sanstah (JKSMS) of de NGO waar ik de komende 4 maanden zal werken en verblijven. Bhavana deelde me tijdens de busreis mee dat ik momenteel de enige student in JKSMS ben. Ik zou wel een meisje van de UK ontmoeten, een zekere Charlotte, die de voorbije maanden in de NGO heeft gewerkt, maar die diezelfde avond zou vertrekken. Daarnaast kreeg ik te horen dat er slechts één internetverbinding is die door heel de organisatie gedeeld word. En o ja 's avonds zou ik JKSMS niet kunnen verlaten aangezien het eerder in de buitenwijken van Jaipur is gelegen. Ik kreeg een krop in m'n keel en voelde tranen opkomen.
Goed ik verwachtte niets speciaal; een klein kantoortje met enkele bureautjes en een verantwoordelijke die me reeds een kleine uitleg zou geven over de verwachtingen ten opzichte van het werk dat ik zou verzetten. Dat was dus te veel verwacht. De organisatie bevindt zich in een huis dat nog in verbouwing is. Geklop & getimmer groette me bij de ingang. De gezette, knorrige baas wachtte op me achter zijn bureau. Onze eerste ontmoeting bestond meer uit beeld dan klank. Ik probeerde een conversatie aan te knopen, maar kreeg daarbij niet veel respons. Na een uur vertrok Bhavana, vanaf nu stond ik er echt alleen voor... Wat wilde ik toen luidkeels beginnen kressen, wenen, wegrennen en het eerste vliegtuig terug naar m'n vertrouwde wereld nemen. Charlotte nam me mee naar m'n kamer en vertelde meteen haar ervaring met JKSMS. Het deed niets goed aan die krop in m'n keel en al bijhorende gevoelens. Maar wat ben ik haar dankbaar voor alle tips en waarschuwingen die ze me heeft meegegeven. Daarnaast vertelde ze me dat zij per toeval na enkele maanden te weten kwam dat er in het centrum van Jaipur een huis is waar meerdere studenten verblijven en waar het mogelijk is om 's avonds nog allerlei activiteiten te ondernemen. Ik vroeg haar of ze meteen naar dit huis kon bellen en vragen of er nog een bed voor me vrij is. Yes er was nog een bed vrij! Ik heb meteen m'n koffer terug ingepakt. Op hetzelfde moment viel de elektriciteit uit, maar m'n het licht van m'n gsm hielp me uit de nood. Ik nam een riksja en kwam aan in m'n nieuwe verblijf en wat was dat een opluchting... Ik kan je verzekeren dat je in deze omstandigheden echt de nodige steun kan gebruiken van mensen die zich in dezelfde situatie als jou bevinden. Dat het verlangen naar een thuis groot is.

Ik woon op de eerste verdieping van een huis van een Indische familie samen met 6 andere studenten die hier ook op stage zijn. Ze komen uit Brazilië, Denemarken, Marokko, China, Turkije en Polen. Water en elektriciteit werken hier uitstekend en er is draadloze internetverbinding. Ik lig op de kamer met Natalia, het meisje van Polen. Tot hier toe kan ik niets slechts van ze zeggen. Stuk voor stuk lieve mensen die niet kijken naar religie, achtergrond of uiterlijke kenmerken. Iedereen doet zijn ding zonder daarmee iemand voor de voeten te stoten. Zaterdag ben ik samen met Bruna (het meisje van Brazilië) en de vrouw des huizes (een heel onafhankelijke, intelligent indische jonge vrouw) naar de markt gegaan. Diezelfde avond zijn we met z'n allen naar een Aeisec feestje gegaan. Met 9 kropen we in één riksja, een ervaring. Gisteren heb ik op een kameel gereden. Vandaag is het een feestdag, morgen is m'n eerste werkdag.

Overal waar ik kom voel ik me een rijke, verwende westerling. Wat is m'n gevoel dubbel als ik dan over enkele tientallen roepies moet onderhandelen (tien roepie is zo'n 0,15 euro). De komende weken zal ik allereest kennis maken met de verschillende projecten die JKSMS onderneemt. Een pro-actieve houding is noodzakelijk wil je hier blijkbaar werk verrichten. Er word je niet verteld wat je moet doen, eigen voorstellen worden niet afgewezen, maar wel niet gebruikt. Ik ben zeer, zeer benieuwd wat me nog te wachten staat...


Ik houd jullie op de hoogte,

veel liefs,

Lise.